De Italiaanse film ontwikkelt zich vanaf het begin van de twintigste eeuw. In de jaren tien worden in de grote steden de eerste bioscopen gebouwd en productiemaatschappijen opgericht. Er worden veel historische films gemaakt. Een van de eerste is La Presa di Roma, 20 settembre 1870 van Alberini en Santoni, in 1905. Daarnaast ontwikkelt zich ook de komedie en daarna komt al snel het melodrama in de mode. Film krijgt een mondain karakter, met sterren en diva's, zoals Lyda Borelli, Francesca Bertini en Leda Gys.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog daalt de productie enorm. Na de oorlog betekent de opkomst van Hollywood aanvankelijk de neergang van de Italiaanse film. Daar komt een kentering in in de jaren dertig, onder invloed van Mussolini. De overheid beperkt de import van Amerikaanse films, er is meer subsidie voor film en Cinecittà, de grootste Italiaanse filmstudio, wordt gebouwd.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog ontstaat het neorealisme, met de film Ossessione van Visconti (1943). De neorealistische films worden op locatie gedraaid, zonder kunstlicht, en geven zodoende een realistischer beeld dan de tot dan toe bekende studiofilms. Ook inhoudelijk zijn ze realistisch; amusement lijkt op dat moment ongepast en de films geven een beeld van de sociale onvrede van na de oorlog. Andere bekende neorealisten zijn Roberto Rossellini, Vittorio de Sica, en Guiseppe De Santis.

In de jaren vijftig grijpt men weer terug op de komedies. Ook de Hollywoodfilm komt weer terug op de markt.

In de jaren zestig begint de echte bloeitijd van de Italiaanse film, die nationaal en internationaal zeer geliefd raakt. Fellini maakt La Dolce Vita (1960) en Marcello Mastroianni, Sophia Loren en Guilietta Masina worden internationale sterren. Pasolini, Bertolucci, de gebroeders Taviani en Scola worden bekend als filmmakers.

De televisie zorgt voor een ware crisis in de film in de jaren zeventig. In de jaren tachtig en negentig zijn er nieuwe talenten, maar de concurrentie van de televisie blijft sterk. Men grijpt weer terug op oude films en op Hollywoodproducties.

La vita è bella van Benigni wint in 1999 verschillende Oscars en de juryprijs in Cannes.